Zouden voetbalclubs hun spelers moeten verspreiden over verschillende vluchten?
In dit artikel:
Topclubs met selecties ter waarde van honderden miljoenen reizen doorgaans in één keer: hele elftallen plus staf reizen samen per gecharterde vlucht door Europa en daarbuiten. Die praktijk is aantrekkelijk vanwege logistieke eenvoud, relatief lage kosten en het versterken van het groepsgevoel, maar roept vraagtekens op omdat bij een ernstig incident een club onvervangbare talenten en ervaring kan verliezen.
Historische vliegrampen met sportteams — denk aan de ramp met Manchester Uniteds Busby Babes in 1958 — tonen het potentiële plaatje van een catastrofe. Toch blijkt uit verkeersveiligheidsonderzoek dat vliegen statistisch gezien zeer veilig is. SWOV concludeert dat vliegen per afgelegde kilometer per passagier veel minder risico kent dan autorijden of busvervoer, en een MIT-analyse noemt een overlijdensrisico van ongeveer 1 op 13,7 miljoen boardings in 2018–2022. Vliegen wordt bovendien steeds veiliger dankzij technologische en operationele verbeteringen.
Het opsplitsen van teams over meerdere vluchten verkleint de kans dat een gehele selectie verloren gaat, maar vergroot tegelijkertijd de kans dat ten minste één speler omkomt: als 25 spelers elk afzonderlijk vliegen neemt de kans op een dodelijk slachtoffer theoretisch met een factor 25 toe. Bovendien stuit gedistribueerd reizen op praktische belemmeringen — beperkte verbindingen naar sommige bestemmingen, hogere kosten en de wens van topspelers om comfortabel en discreet te reizen — waardoor voor iedere speler een eigen toestel geen realistische optie is. Zelfs spreiding over een paar vluchten blijft problematisch: bij twee vluchten halveert de kans op totale uitval niet genoeg om de mogelijke impact aanvaardbaar te maken.
Clubs mitigeren het financiële risico grotendeels met verzekeringen, waaronder polissen die ook meervoudige slachtoffers dekken. Hoewel niet alle clubs dezelfde dekkingen openbaar maken, is het aannemelijk dat de financieel zwaarste clubs uitgebreide verzekerings- en risicomanagementmaatregelen hebben getroffen.
De conclusie van het artikel is dat het huidige beleid — samen reizen — goed te verdedigen valt: het is praktisch en kostenefficiënt, en objectief gezien is vliegen extreem veilig. Alternatieven brengen eigen, soms grotere, risico’s en logistieke nadelen met zich mee. Voor verdere risicobeperking blijven verzekeringen, zorgvuldig geselecteerde luchtvaartpartners en operationele voorzorgsmaatregelen de belangrijkste instrumenten voor clubs die hun kostbare selecties de lucht in sturen.