Genetisch aangepaste maïs en suikerriet gedijen bij CO2-stijging

In dit artikel:

Een recente studie door Amerikaanse plantenbiologen toont aan dat een kleine genetische aanpassing aan maïs, suikerriet en sorghum hen in staat stelt om beter te profiteren van de stijgende CO2-niveaus in de atmosfeer, wat resulteert in een groei van ongeveer 20%. Door de activiteit van twee specifieke genen te verhogen, hopen de onderzoekers duurzame varianten te ontwikkelen die ook economisch voordelig zijn.

Historisch gezien hebben C3-planten te maken gehad met uitdagingen door afnemende CO2-niveaus, wat de efficiëntie van het cruciale eiwit rubisco, dat CO2 bindt, aantast. In tegenstelling tot C3-planten hebben C4-planten, zoals maïs en suikerriet, een chemische pomp die hen in staat stelt om effectiever met CO2 om te gaan, maar hun rubisco-productie blijft achter. Onderzoek leidde tot een significante verhoging van de biomassa van zowel sorghum als suikerriet, waarbij sommige resultaten in kassen tot 81% meer suikerriet opleverden.

Plantenwetenschappers dringen aan op verdere tests om de geschiktheid van deze aanpassingen in verschillende klimaten te onderzoeken, met het besef dat het ontwikkelen van nieuwe gewassen tijd kost. De onderzoekers wijzen ook op de dringende noodzaak voor meer investeringen in voedselproductie om aan de groeiende wereldbevolking te voldoen en de uitdagingen van voedselzekerheid te adresseren in een opwarmende wereld.